Léon Scieur (1888-1969)

Opmerkelijke feiten

• Waalse allrounder, verrassende Tourwinnaar 1921.
• Boerenknecht, die op z'n 20e werd overgehaald om - net als dorpsgenoot en later tweevoudig Tourwinnaar Firmin Lambot - wielrenner te worden. Hij moest toen nog leren fietsen, begon pas serieus op z'n 22e en werd op z'n 25e prof (1913). Tijdens WO I werkte hij als monteur.
• Kreeg al snel de bijnaam: "De Locomotief", omdat hij in staat was extreem lang hetzelfde hoge tempo te rijden. Z'n tactisch inzicht liet daarentegen te wensen over. Z'n doorbraak kwam dan ook pas - mede door WO I - in 1919 en 1920, met twee keer een vierde plaats in de Tour en winst in Luik-Bastenaken-Luik. Hij was toen al 32.
• Pakte in de Tour van 1921 al in de tweede rit het geel, en zou die niet meer afstaan, ondanks dat hij bergop vaak moest toegeven op de echte klimmers en z'n grootste rivaal Hector Heusghem. Hij was onverzettelijk, reed in één rit 300 kilometer met een kapot wiel op zijn rug. Z'n rug zat dan ook de rest van z'n leven vol littekens.
• Begon na z'n carrière een garage in z'n woonplaats Florennes.