GIOVANNI BATTAGLIN (1951)

Opmerkelijke feiten

• Sterke klimmer uit de regio Veneto, won in 1981 zowel de Giro als de Vuelta.
• Won in 1972 de Baby-Giro en werd het jaar daarna prof. Hij mocht dat jaar meteen als neoprof starten in de Giro en verraste meteen. Na twee weken koers stond hij op de tweede plaats achter Eddy Merckx, verloor uiteindelijk die plaats aan Felice Gimondi, maar eindigde als 21-jarige meteen wel op het eindpodium. De jaren daarna kon hij echter die tendens nauwelijks doortrekken. Ondanks een zesde plek in de Giro 1974, twee etappezeges een jaar later én ritwinst in de Tour 1976, leek de podiumplek bij zijn debuut jarenlang een uitschieter.

• Pas in 1979 hervond Battaglin zijn oude niveau. Onder de pas beginnende en later zeer befaamde ploegleider Davide Boifava, leefde hij weer op. Na het winnen van de Ronde van het Baskenland werd hij zesde in de Tour en nam de bergtrui mee naar Italië. Dit ondanks dat hij halverwege de Tour betrapt werd betrapt op doping (Zerinol). Hij werd geschrapt uit de rituitslag en kreeg tien minuten straftijd in het algemeen klassement, maar mocht doodleuk z'n Tour vervolgen om in de resterende etappes alsnog de bolletjestrui en z'n top tien-klassering veilig te stellen. Het was dezelfde editie waarin ook Joop Zoetemelk (tweede) de dopingcontrole niet doorstond en eveneens tien minuten straftijd kreeg.

• Nadat hij in 1980 opnieuw op het eindpodium van de Giro was geëindigd, startte hij een jaar later in de Vuelta (toen nog vóór de Giro gereden) als één van de favorieten. De Spaanse ronde kende een zwak deelnemersveld: Spanje krabbelde net weer op na bijna veertig jaar Franco en het prijzengeld in de Vuelta was, vergeleken bij de Tour en Giro, gering. Ploegleider Boifava (Inoxpram) startte als enige Italiaanse ploeg vanwege de zware concurrentie in de Giro (Giuseppe Saronni en Francesco Moser). Ook de ploeg Teka (met in de gelederen kanshebbers Marino Lejarreta en Alberto Fernández) startte niet vanwege financiële problemen. Battaglin won vervolgens z'n eerste grote ronde zonder al te veel zware concurrentie.

• Slechts drie dagen later startte hij in de Giro. Bij afwezigheid van titelverdediger Bernard Hinault, die alles op een derde Tourzege wilde zetten, leek de ronde een duel te worden tussen de twee grote aartsrivalen Moser en Saronni. Het liep echter anders. Saronni kon het tempo bergop niet altijd volgen en zou uiteindelijk als derde eindigen, Moser was geheel uit vorm en kampte met een knieblessure en zou slechts 21e eindigen. Drie dagen voor het einde pakte Battaglin - die de eerste twee weken krachten gespaard had - het rose van klassementsleider van Silvano Contini en doorstond de laatste test: de individuele tijdrit van de laatste etappe om de race in Verona te winnen, vóór de Zweed Tommy Prim. Zo werd hij de tweede renner ooit, na Eddy Merckx, die de Vuelta-Giro-dubbel won en dat binnen anderhalve maand.

• Na deze zware inspanning was de koek een beetje op. Inmiddels dertiger, bleef hij nog drie jaar prof, maar zonder aansprekende resultaten. Hij bleef wel z'n ploegleider Boifava trouw (Inoxpram, later Carrera). Na z'n loopbaan als prof richtte hij z'n eigen fietsbedrijf op.